Deze thread is bedoeld om je te helpen met het afstellen van je auto in sim-racers, en het rijden van de goede race lijnen. Snap je iets niet wat hieronder niet vermeld staat, vraag het dan, en misschien kan ik, of andere forummers je uit de brand helpen
Downforce
Downforce houd in dat je auto naar beneden geduwd wordt. Hoe harder hij naar beneden geduwd wordt, hoe meer grip hij heeft, maar dat gaat wel ten koste van de optrek en topsnelheid.
Wings
Een groot deel van de downforce wordt veroorzaakt door vleugels die aan je auto zitten. De lucht die naar de vleugels toe stroom wordt omhoog gegooid, waardoor de auto naar beneden gedrukt wordt. Als je de vleugel heel steil afstelt zal de vleugel meer downforce produceren dan wanneer je hem bijna plat afstelt. Op een circuit met hele lange rechte stukken (Monza) zul je minder downfore nodig hebben dan op een circuit met veel bochten (Monaco).
Om een vergelijking in het echt te zien; Het eerste plaatje is genomen op Monza, en het tweede op de Hungaroring, en let daarbij vooral op de dikte van de achterspoiler en de hoeveelheid flappen op de voorspoiler:
Gears
Om te beginnen is het handig om te weten dat je tijdens het wisselen van een versnelling snelheid verliest. Wanneer je namelijk van versnelling veranderd, wordt er een koppeling in gedrukt, en die zorgt er voor dat de motor zijn verbinding met de wielen verliest. Hierdoor gaat wrijving een grote rol spelen, en remt de auto af, todat je weer de koppeling op hebt laten komen, en de motor weer aandrijving aan de wielen geeft.
Ratio
Een gear ratio betekend de lengte tussen de versnellingen. Zo kan het bijvoorbeeld heel lang duren voordat hij van de 3 naar de 4 gaat, of misschien duurt het wel heel kort. Elk heeft zijn voordelen en nadelen. Met een korte gear ratio (dit betekend dus dat je snel van versnelling wisselt) heeft je auto de snelste optrek. Dit gaat echter wel ten koste van je topsnelheid. Wanneer je topsnelheid belangrijk vind, moet je een lange gear ratio nemen. Dit gaat helaas wel te kosten van de acceleratie. De beste afstelling voor een auto is per circuit anders. Op een circuit met veel rechte stukken heb je een lange gear ratio nodig, en op een circuit met veel bochten heb je een korte gear ratio nodig. Zo schakelt een Formule 1 auto op Monaco al bij de 270km/h naar z'n 7, en doet hij ditzelfde op Monza pas bij 320km/h. De beste afstelling voor je auto, is dat hij aan het einde van het langste rechte stuk niet meer sneller wil. Dus dat hij stopt met accelereren zodra je gaat remmen. Zo maak je optimaal gebruik van zowel de optrek, als de topsnelheid.
Manual of Automatic
Bij zowat elke racegame heb je de mogelijkheid om te kiezen of je zelf wil schakelen (manual) of dat je de CPU dit laat doen (automatic). Welke moet je nou kiezen? Nou de beste keuze is Manual. Je hebt hier zelf de keuze in welke versnelling je rijdt, je hoeft aan het einde van een recht stuk niet op te schakelen waardoor je snelheid behoudt (in plaats van verliest door de koppeling in te drukken) je kan later opschakelen waardoor je een snellere acceleratie hebt, en je kan in een bocht één versnelling hoger zitten dan normaal, waardoor je bij het uikomen van de bocht niet meer hoeft op te schakelen. Mij tip is: Begin meteen met manual! Het lijkt moeilijk, maar na maximaal 10 races heb je het onder de knie. Het is net als fietsen: na een tijdje denk je er niet meer bij na. Ik zelf begin gewoon te schakelen terwijl hij op automatic staat, zo'n automatisme wordt het.
Remmen
Brake Balance
Hiermee kun je instellen hoe krachtig je voor- en achterremmen zullen zijn. Als je ze op een hoger niveau afstelt, worden de remmen krachtiger. Dit gaat ten koste van het vermogen bochten te maken. Lagere instellingen zorgen voor minder remkracht, maar hiermee ga je makkelijker door bochten. Dus als je ze op hetzelfde niveau instelt, moet je een goede balans zoeken tussen remkracht en stuurbaarheid.
Ais je de remmen verschillend afstelt, treden er andere effecten op. Ais je de achterkant sterker laat remmen dan de voorkant, kun je makkelijker bochten maken. Ook zal je auto beter kunnen draaien als je in een bocht remt. Gebruik dit dus als je graag in bochten remt. Als je de voorremmen sterker maakt, zal je wagen beter kunnen remmen. Gebruik je remmen in dit geval niet in een draai, je auto zal dan de neiging hebben naar buiten te glijden. Gebruik deze instelling dus als je graag vroeg remt en je remmen niet in een bocht gebruikt.
Schokdemping
Spring Rate
Dit is één van de meest invloedrijke instellingen die je aan kunt passen. Met stugge veren zul je makkelijker door bochten komen, maar je auto al minder goed reageren als je over curbstones gaat. Als de veren te stug zijn afgesteld, kan je auto zelfs los van de grond komen. Zorg dat je veren stug zijn afgesteld op banen met weinig bobbels en bochten. Als het parcours veel hoogteverschillen heeft, kun je de veren wat losser afstellen. Hierdoor is de auto wat lastiger te besturen, maar zal je minder snel van de grond loskomen als je over een curbstone gaat.
Ride Height
Over het algemeen moet de hoogte van je auto zo laag mogelijk zijn om het zwaartepunt van je auto te verlagen. Ook heb je minder last van luchtweerstand en gaat je auto makkelijker door bochten. Zorg ervoor dat je als je de auto verlaagt, dat je goede schokdemping hebt om zijeffecten te compenseren. Je auto zal namenlijk meer stuiteren over curbstones. Maak je auto niet té laag, want zodra hij de grond raakt is hij bijna niet meer te besturen. Verhoog de Damper Bound en Damper Rebound (zie onder) om de lagere hoogte op te vangen.
Damper Rebound
Hiermee pas je de beweging van de schokdempers in expansie aan. Het moet ingesteld zijn op ongeveer het dubbele van het Damper Bound-niveau. Damper Bound en Rebound zijn belangrijk bij het verlagen van je auto.
Het is een goed instrument om met over- en onderstuur te experimenteren. Over het algemeen geldt dat als je de rebound hoger zit dan de bound, de auto meer overstuur heeft. Als je het tegenovergestelde doet heeft je auto weer meer onderstuur. Ook verschilt het effect als je voor- en achterkant van de auto anders instelt. Zoals gezegd hangt dit allemaal af van persoonlijke voorkeuren. Veel uitproberen is dus het recept voor een voor jou ideale instelling.
Camber Angle
Hiermee kun je de wielen iets meer naar de buitenkant of binnenkant laten leunen. Als je hieraan toevoegt, maakt de auto efficiënter gebruik van de wielen als je de bocht doorgaat, maar als je ze te ver laat leunen, gaat het ten koste van de remkracht. Dit effect zal niet optreden als je de voor- en achterkant een paar graden aanpast.
Toe Angle
Hiermee kun je de wielen uit laten steken of juist meer onder de auto zetten. Een positief getal betekent dat de wielen uitsteken. Een negatief getal betekent dat de wielen wat meer onder de auto komen te zitten. Als je een positief getal instelt, help je overstuur tegen te gaan. Dit zorgt echter wel voor meer bandenslijtage. Als je auto last heeft van te veel onderstuur, kun je de voorwielen iets naar binnen zetten en je achterwielen iets naar buiten. Bij te veel overstuur kun je het tegenovergestelde doen. Dit zijn echter wel noodgrepen omdat je hiermee de banden slijtage versnelt.
Stabilizer
Stabilizers zijn net als veren. Als je ze allebei stugger instelt, is je auto makkelijker te besturen. De stabiliteit op een weg met bobbels wordt echter minder goed. Als je ze losser instelt, heb je betere stabiliteit op parcours met veel hoogteverschillen. Dit gaat ten kostte van stuurgemak. Als je de voor- en achterkant van de auto verschillend instelt, treden er ander effecten op. Als je de voorkant stugger instelt en de achterkant losser, zal er minder overstuur zijn Als je dit andersom doet , heb je minder onderstuur. Extreme instellingen kunnen er juist voor zorgen dat je wagen als een kraanwagen rijdt of dat je juist de hele tijd spint.
Drivetrain
LSD Initial
Hiermee kun je de stabiliteit van de auto aanpassen. Als je graag in bochten remt kun je dit hoog instellen. Als je liever voor een bocht remt, en in een bocht weer snelheid opbouwt, kun je het beter laag instellen.
LSD Acceleration
Dit helpt je bij het uitkomen van bochten en je hebt minder last van wielspin. De wagen is minder goed bestuurbaar als je graag laat en in bochten remt. Stel het hoog in als je niet veel remt in bochten en gewoon je voet van het gaspedaal houdt.
LSD Decrease
Dit is het tegenovergestelde van LSD Acceleration.
Hiermee kun je makkelijker bochten aansnijden. Als je dit hoger instelt, kun je makkelijker laat en in bochten remmen.
Gear Ratio
Dit is een van de leukste onderdelen om aan te passen. Je kunt iedere versnelling afzonderlijk instellen. Hoe verder naar links, hoe eerder je opschakelt. Dit gaat echter ten koste van de topsnelheid. Hoe verder naar rechts, hoe later je opschakelt. Dit levert wel een hogere topsnelheid op, maar een mindere acceleratie.
Deze optie geeft je de mogelijkheid je wagen op het parcours aan te passen waar je op rijdt.
Tyres
Hard Compound
Een hard compound betekend dat je band hard is. Er zit veel lucht in. Als je een hard compound kiest betekend dit dat je weinig grip hebt, maar je banden gaan langer mee. Een hard compound band is aan te raden in lange races, vanwege de betrouwbaarheid.
Soft Compound
Een soft compound betekend dat je band zacht is. Dit is het tegenovergestelde van een hard compound band. Hij bied het meeste grip, maar heeft een hoog slijtingsgehalte. In korte races is deze band aan te raden, maar zodra je deze band in endurances races gaat gebruiken zul je vaak een pitstop moeten maken voor nieuwe banden en dat leverd veel tijdverlies op.
Dry / Wet
Wanneer je op een droge baan racet is het vanzelfsprekend dat je de Dry Compound band kiest. Deze band is ontwikkeld voor droog weer. Wanneer je deze in natte omstandigheden zult gebruiken, zul je al gauw merken dat je erg weinig grip hebt. Daarvoor is er de Wet Compound band. Deze biedt het meeste grip in natte baan condities. Wens je deze te gebruiken in droge omstandigheden, dan zal de band na een paar rondjes al versleten zijn. Het weer hangt dus sterk af van je banden keuze.
Intermediate
Deze band is het best te gebruiken in als de baan wel vochtig is, maar niet nat, of wanneer het op sommige plekken van de baan droog is en op sommige plekken nat is. Hij zit precies tussen een Dry en een Wet compound band in.
Lijnen rijden
De goede lijn
Als je snel door een bocht wilt gaan zul je het best de 'goede' lijn kunnen rijden. Dit houd in dat je zo recht mogelijk door een bocht probeert te rijden. Hieronder een paar voorbeelden, waarbij de rode lijn de 'goede' lijn is. Ook heb ik een filmpje van mezelf, waarbij je kan zien hoe het in de praktijk gaat: Klik hier.
Rijstijlen
Rijstijl 1
Ik noem dit even rijstijl 1. Rijstijl 1 houd in: Vroeg remmen voor een bocht, en weer erg vroeg op het gas. Deze rijstijl is slim om te gebruiken wanneer je een onstabiele auto hebt bij het aanremmen, omdat je hier vooral in een rechte lijn remt.
Rijstijl 2
Deze rijstijl is het tegenovergestelde van rijstijl 1. Je gaat hier laat in de remmen, en je gaat tijdens het remmen insturen. Je blijft remmen tot ongeveer midden in de bocht, en kan pas laat weer op het gas gaan. Dit zorg voor veel bandenslijtage, maar voor sommige auto's is dit sneller.
Welke rijstijl moet ik gebruiken?
Dit hangt erg van jezelf af. De een vind het fijn om laat te remmen, en de ander wil liever wat sneller een bocht uit acceleren. Toch is het verstandig om soms een andere rijstijl toe te passen. Dat hangt af van verschillende factoren.
Stel:
- Je gebruikt veel rijstijl 2. Op een gegeven moment kom je een bocht tegen, waarna een erg lang recht stuk komt. Nu is het verstandig om rijstijl 1 toe te passen. Omdat je met deze rijstijl 1 sneller een bocht uit komt, heb je hier profijt van tijdens het hele rechte stuk.
- Je gebruikt veel rijstijl 1. Op een gegeven moment kom je een bocht tegen, waarna een bochtenserie volgt. Nu is het verstandig om rijstijl 2 toe te passen, omdat het niet nodig is om snel uit de bocht te komen, omdat je toch meteen weer moet remmen voor een andere bocht. Je haalt hier profijt van, omdat je laat remt, en dus het stukje voor de bocht sneller bent gegaan.
- Je hebt een erg onstabiele auto. Nu zou je rijstijl 1 moeten gebruiken, omdat er een grote kans bestaat dat je auto wegspringt in de bocht bij rijstijl 2. Een Ferrari of McLaren zou in het echt bijvoorbeeld veel beter rijstijl 2 kunnen gebruiken, dan een Minardi, omdat een Minardi veel onstabieler is tijdens het aanremmen.
- Je houd heel erg van driften. Dan zal je echt rijstijl 2 moeten gebruiken, omdat dit met rijstijl 1 niet zal lukken. Remmen en sturen tegelijk is de perfecte combinatie om je auto in de slip te brengen.
Rijstijl 1
Rijstijl 2
Inhalen (Filmpje van mij)
Uitremmen
Uitremmen is een hele leuke inhaal mogelijkheid. Vaak is dit alleen te gebruiken na een lang recht stuk. Uitremmen doe je door op een recht stuk of hele flauwe bocht je auto naast die van je tegenstander te zetten. Wanneer jullie beide moeten remmen voor de eerst volgende bocht, zorg je dat je later op de remmen trapt dan je tegenstander, om op deze wijze vóór hem te komen. Het slimste is om hem naast hem te zetten aan de kant waar de bocht heen gaat. Krijg je dus een bocht naar links, zorg er dan voor dat je hem ook aan de linker kant naast je tegenstander zet. Vergeet niet dat wanneer je dit doet, dat je dan de bocht waarvoor je remde erg moeilijk kan aansnijden, omdat waarschijnlijk de tegenstander nog naast je zit. Zorg er dus voor dat je niet bij het uitkomen van de bocht naast de baan staat.
Slipstreamen
Wil je iemand inhalen, dan is het heel makkelijk om te doen, als je van te voren geslipstreamed hebt. Je slipstreamed wanneer je heel dicht achter iemand anders aanrijdt, en zo heel weinig luchtweerstand hebt. De auto voor je krijgt dan de volle luchtweerstand tegen hem aan, en hij breekt de luchtstroom voor jou, waardoor je veel harder kan. Dit geld helemaal voor auto's met veel vleugels, omdat die vleugels dan geen downforce meer produceren. Zo wordt je auto minder hard op de weggedrukt (en is hij dus lichter) waardoor je een hogere topsnelheid kan halen. Maar slipstreamen heeft ook een nadeel. Wanneer je vlak achter iemand rijdt, en je nadert een bocht, heb je ineens een erg slechte wegligging, omdat je door het slipstreamen weinig grip hebt. Zorg dus dat je alleen slipstreamed wanneer je op een recht stuk rijdt.
Zie hier een filmpje van hoe ik in de praktijk inhaal.
Blocken
Blocken betekend eigenlijk verdedigen. In dit geval je positie. Wanneer iemand je in wil halen zal je jou positie moeten verdedigen. Dat doe je door simpelweg voor hem te gaan rijden. Hier zijn wel regels aan verbonden! Je mag namelijk maar één keer van je lijn afwijken. Zwier je dus ineens naar links, dan zul je links moeten blijven rijden, tot na de bocht. Natuurlijk geld deze regel niet in racegames, maar ik vind het zelf altijd wel leuk om mij daar aan te houden. Hier een voorbeeld van wat wel, en wat niet mag, waarbij rood degene is die blockt, en waarbij blauw degene is die probeert in te halen:
Touché
Touché is een chique woord voor 'botsing' of 'met elkaar in aanraking komen'. Tijdens het inhalen kan het heel goed voorkomen dat je met je tegenstander een touché maakt. Dit kan variëren van 'wheelbanging' tot elkaar een forse tik geven. Hier is een regel aan verbonden wie de schuldige is: Wanneer de achterliggende auto met zijn voorkant vérder is dan het midden van de voorliggende auto, is de voorliggende auto de schuldige. Wanneer de achterliggende auto minder ver is dan het midden van de voorliggende auto, is de achterliggende schuldig. Wanneer men zij aan zij rijdt is degene die van zijn lijn afwijkt de gene die het voorkomen zou kunnen hebben. Hier een voorbeeld om het een stuk duidelijker te maken. De blauwe auto is in beide gevallen de schuldige:
Laatst bewerkt door een moderator: 18 dec 2006