Zwitserland stemde onlangs over het 12:1 initiatief (er zijn referenda ieder kwartaal). Dat hield in dat de topman van een bedrijf slechts 12 keer zo veel mag verdienen als de slechtst betaalde werknemer. In andere woorden, de topman verdient in een maand wat de kleine man in een jaar verdient.
Zo nobel en sociaal als dit voorstel klonk, zo hard werd het door het volk verworpen in het referendum. Tegenstanders lieten via een snelle berekening zien hoeveel belasting de Staat mis zou lopen door dit plafond. Ik vond dat reuze interessant, want in Nederland is het debat zo gepolariseerd dat je niemand nog durft te pleiten tegen een bonusbeperking. In Nederland wordt je automatisch weggezet als een graaier als je geld verdient, ongeacht wat je met je inkomen zou doen.
Moraal van deze post: men moet niet de illusie hebben dat het aanpakken van topinkomens plotseling al onze economische malaise oplost.
Dit dus.
De politicus is afhankelijk van de kiezer, maar de kiezer heeft alleen oor naar mooie verhalen over zijn eigen portemonnee. Geen wonder dat hij in de realiteit dus altijd ontevreden is met zijn volksvertegenwoordiging.
Laatst bewerkt: 27 dec 2013